Update ammoniakprocedures
[3-jun-2025] In ons jaarverslag van 2024 hebben we heel kort een aantal van onze procedures betreffende veehouderij/ammoniakuitstoot op een rijtje gezet. Sindsdien hebben we niet stilgezeten. Hieronder het belangrijkste wat er daarna is gebeurd.
Zoals zo vaak in de vele jaren dat we dit werk doen, valt het ons daarbij op dat gemeentes en provincies de jurisprudentie betreffende de natuurwet- en regelgeving niet blijken te (willen?) kennen.
Gemert-Bakel
We dienden bij provincie N.-Brabant een handhavingsverzoek in omdat een rundveehouderij, gelegen aan Overschot 21 in Bakel, een melding had gedaan voor een uitbreiding met meer dieren. De gemeente stelde dat de ammoniakuitstoot niet toe zou nemen, omdat gebruik gemaakt wordt van een emissie-arm stalsysteem. Van dit systeem is echter bekend dat de op papier beloofde reductie in werkelijkheid veelal lang niet waargemaakt wordt. Waarschijnlijk neemt de emissie van ammoniak -en dus de depositie daarvan op de reeds zwaar overbelaste Peel- dus toe. In ons handhavingsverzoek stelden wij dat niet uitgebreid mag worden zonder natuurvergunning.
De provincie wees ons verzoek af, omdat volgens haar uit een controle gebleken was dat de uitbreiding nog niet gerealiseerd was. Lastig: nu moeten wij periodiek controleren of dat niet toch gebeurt. De provincie heeft het bedrijf wel medegedeeld dat er een natuurvergunning nodig is indien het plan wordt uitgevoerd.

Leudal
Bij provincie Limburg dienden we een handhavingsverzoek in, omdat een varkenshouderij, gelegen aan Hollander 2b te Heythuysen, van de gemeente een vergunning gekregen had voor meer dieren. Volgens de gemeente zou de emissie van ammoniak niet toenemen door toepassing van combi-luchtwassers. De gemeente had echter moeten weten dat bekend is dat deze wassers veelal niet de reductie leveren die beloofd wordt.
Ook had het bij de gemeente bekend moeten zijn dat de Raad van State onlangs heeft uitgesproken dat er voor dit ‘intern salderen’ een natuurvergunning vereist is, zelfs als de emissie echt niet toeneemt (Rendac-uitspraak). Daarbij dient aangetoond te worden dat de emissiereductie die bereikt wordt, benut kan worden voor het houden van meer dieren, omdat de benodigde reductie voor de natuur toch wel op andere manieren bereikt wordt (het zogenoemde ‘additionaliteitsbeginsel’).
Gezien het feit dat de Peel en Sarsven/de Banen zwaar met ammoniak overbelast zijn, is het ons inziens zo dat aan dit additionaliteitsbeginsel niet voldaan kan worden. Bovendien neemt in dit geval de uitstoot hoogst waarschijnlijk toe, vanwege de slecht werkende techniek, dus is uitbreiding niet toegestaan.
Nederweert
We verzochten de provincie om de natuurvergunning in te trekken voor de bedrijven, gelegen aan Witteplakdijk 6 en 7 te Ospel. Deze bedrijven staan al jarenlang leeg. Op nummer 7 zijn de stallen zelfs afgebroken. Indien de natuurvergunningen niet worden ingetrokken, zou het starten met het houden van dieren feitelijk een toename van de depositie van ammoniak op de reeds zwaar belaste Peel betekenen. Omdat de natuurdoelanalyse voor de Peel bevestigt dat er onvoldoende maatregelen worden getroffen om verslechtering van de natuur te voorkomen, kunnen de intrekkingsverzoeken volgens ons niet afgewezen worden.
Om dezelfde redenen verzochten we de provincie om intrekking van de natuurvergunning van de varkenshouderij aan Ommelpad 28 te Ospel. Ook dit bedrijf is al lang niet meer aanwezig.
We vroegen de provincie om handhaving betreffende de varkenshouderij aan Vrijkebomenweg 3b te Ospel. De gemeente had een Omgevingsvergunning verleend voor meer dieren op ter discussie staande combiluchtwassers (zie bij Leudal). Daardoor zal de ammoniakuitstoot waarschijnlijk toenemen en is een natuurvergunning nodig. Bovendien is van de vorige Omgevingsvergunning slechts een deel gerealiseerd, zodat bij uitvoering van de nu door de gemeente verleende nieuwe vergunning de emissie ook daardoor toe zal nemen.
We vroegen de provincie om handhaving betreffende de varkens- en pluimveehouderij aan Hoofstraat 17 te Nederweert, vanwege uitbreiding zonder natuurvergunning. De provincie had geschreven dat de ammoniakuitstoot niet toe zou nemen en dat daarom, vanwege de ‘interne saldering’, geen natuurvergunning vereist was. Volgens ons klopt dit niet. Ten eerste neemt de emissie waarschijnlijk wel toe. Een aantal kippen wordt omgeruild voor varkens en daarbij worden ter discussie staande combi-luchtwassers toegepast. En zelfs als van een emissiedaling toch sprake zou zijn, dan is het de vraag of de emissiewinst, die als gevolg van deze techniek wordt bereikt, niet geheel ten goede dient te komen aan de verbetering van de natuur: het ‘additionaliteitsbeginsel’ (zie bij Leudal).
We verzochten de provincie om handhaving betreffende de pluimveehouderij aan Leveroysedijk 5b te Nederweert. De gemeente had een Omgevingsvergunning verleend, waarbij onder andere door het toepassen van technieken de uitstoot zeer gering daalt. Deze ‘interne saldering’ is sinds een recente uitspraak van de Raad van State natuurvergunningplichtig. Wij vragen ons af of bij deze bedrijfswijziging geen grotere reductie van de ammoniakemissie moet worden verlangd, gezien de zeer slechte toestand van de Peel en Sarsven/de Banen.

Someren
We verzochten provincie N.-Brabant om handhaving betreffende de melkveehouderij aan Goord Verbernedijk 66. Het bedrijf had bij de gemeente gemeld dat het meer dieren zou gaan houden en dat daarbij de ammoniakemissie niet toe zou nemen. Omdat daarbij echter gebruik gemaakt wordt van een stalsysteem waarvan bekend is dat de emissiereductie in de praktijk veelal niet gehaald wordt, is het waarschijnlijk dat de emissie wel toeneemt en kan dit dus niet zonder natuurvergunning. De provincie wees ons handhavingsverzoek af, omdat uit een controle gebleken was dat de uitbreiding nog niet is gerealiseerd. Wel heeft de provincie het bedrijf laten weten dat een natuurvergunning nodig is indien wordt uitgebreid.
Hetzelfde gebeurde betreffende de melkveehouderij aan Dooleggersbaan 9. Ook hier werd ons handhavingsverzoek vanwege uitbreiding met een ter discussie staand stalsysteem na een controle afgewezen en werd het bedrijf door de provincie wel op de natuurvergunningplicht bij uitbreiding geattendeerd.
Bij de rechtbank O.-Brabant stelden we beroep tegen de Omgevingsvergunning van de gemeente aan de pluimveehouderij aan De Hoof 26. Het bedrijf heeft twee stallen van de vigerende vergunning niet gerealiseerd. Het wil de emissie nu toch gelijk houden aan die van de vergunning door bij de overige stallen systemen te gaan gebruiken met meer emissie per dier. Dat is natuurlijk niet de bedoeling in een situatie waarbij de overbelasting op de Peel juist fors verminderd dient te worden. Er wordt volgens ons ook niet voldaan aan de Europese richtlijn die toepassing van de beste technieken voorschrijft.
We verzochten provincie om handhaving betreffende de pluimveehouderij aan Peelweg 8, vanwege uitbreiding in aantal dieren zonder natuurvergunning. Door toepassing van een discutabel stalsysteem neemt de ammoniakemissie waarschijnlijk toe. En mocht van een emissiedaling in de praktijk toch sprake zijn, dan is het de vraag of de emissiewinst niet geheel ten goede dient te komen aan de verbetering van de natuur in plaats van het deels te gebruiken voor het houden van meer dieren: het ‘additionaliteitsbeginsel’ (zie bij Leudal).
In 2024 waren we in beroep gegaan bij de rechtbank O.-Brabant, vanwege de weigering van de provincie om handhavend op te treden betreffende het melkveebedrijf aan Slievenstraat 64. Het bedrijf had van de gemeente een vergunning gekregen voor meer dieren dan de vigerende natuurvergunning, met ter discussie staande emissie-arme stalsystemen. Het bedrijf vroeg een nieuwe natuurvergunning aan, maar de provincie nam die aanvraag niet in behandeling, vanwege onzekerheid over de ammoniak-reducerende werking van de stalsystemen. De uitbreiding werd echter wel al gerealiseerd. Vandaar ons handhavingsverzoek.
In april werd ons beroep behandeld. De rechtbank heeft de partijen drie maanden de tijd gegeven er samen uit te komen. Wat ons betreft kan dat als de stallen dusdanig worden verkleind dat de emissie niet meer is dan de vigerende natuurvergunning uit 2015. Wordt vervolgd.