Vergunningplicht beregening blijft in stand

[21-jun-2024] Al jaren lang is Werkgroep Behoud de Peel bezig met het “beregeningsdossier”. Meerdere keren heeft de rechtbank ons in het gelijk gesteld: beregening in de hydrologische bufferzones rondom de Peel is natuurvergunningplichtig. Op 13 juni heeft de rechtbank – na een beroep van 54 boeren en boerenorganisaties – nogmaals geoordeeld over de vergunningplicht. Wederom schaart de rechtbank zich achter ons standpunt.

In deze nieuwsbrief lees je hier alles over.

Voorgeschiedenis

Zoals we in onze vorige nieuwsbrief schreven, stelde WBdP in mei 2018 beroep in tegen het ontwerp Natura2000-beheerplan voor de Peel. Ons inziens stond daarin onterecht dat beregening slechts een gering effect heeft en daarom deels vrijgesteld kan worden van de natuurvergunningplicht. WBdP won het beroep. Provincie Limburg en de LLTB gingen in hoger beroep, maar verloren dat.

De provincies lieten daarna eerst weer eens een onderzoek doen. Daaruit bleek (opnieuw) dat het effect in delen van de Peel groot is: 10 tot 25 cm daling van de grondwaterstand. De provincies konden vervolgens niet anders dan de vrijstelling terugdraaien en de natuurvergunningplicht weer invoeren. Dat besluit werd op 13 december 2022 gepubliceerd.

Vervolgens gingen 54 boeren en boerenorganisaties tegen dit besluit in beroep. WBdP werd door de rechtbank Oost-Brabant uitgenodigd als belanghebbende. In onze nieuwsbrief van 1 mei 2024 hebben wij verslag gedaan van onze brief aan de rechtbank, waarin wij uiteraard betoogden dat de natuurvergunningplicht voor beregening binnen de bufferzones rond de Peel in stand dient te blijven: zie deze link.

De natuurvergunningplicht blijft in stand!

De 54 beroepen tegen het terugdraaien van de vergunningsvrijstelling werden door de rechtbank behandeld op 14 mei. De zitting duurde maar liefst vier uur. Op 13 juni deed de rechtbank vervolgens uitspraak: de beroepen zijn ongegrond. De natuurvergunningplicht blijft in stand!

Er kan geen geen vrijstelling worden verleend voor grondwateronttrekkingen voor agrarische beregening in de bufferzones rondom de Peel-Natura2000-gebieden.

Dit omdat volgens de rechtbank significante effecten voor het (herstellend) hoogveen in de Peelvenen niet zijn uit te sluiten. Wel kan een individuele natuurvergunning worden aangevraagd. Volgens de rechtbank geldt slechts voor enkele onttrekkingen een bestaand recht (indien bewijsbaar van vóór 10 juni 1994).

WBdP verwacht van de provincies en waterschappen dat er na deze uitspraak eindelijk eens echt werk gemaakt gaat worden van verbeteringsmaatregelen rondom de Peel, waarmee de voor hoogveen noodzakelijke stabiele waterstand wordt bereikt.

Samenvatting van de uitspraak

Hieronder de samenvatting die de rechtbank van de uitspraak heeft gegeven (met tussen [ ] enkele opmerkingen van WBdP):

De rechtbank beoordeelt de wijziging van het beheerplan Groote Peel, Deurnsche Peel en Mariapeel en de daarin vervatte weigering om een algemene vrijstelling op te nemen voor het onttrekken van grondwater ten behoeve van de beregening van open teelt in de gebieden rondom de Peelvenen. Het besluit is genomen naar aanleiding van een eerdere uitspraak van de rechtbank [Beroep van WBdP] die in hoger beroep is bevestigd door de Raad van State
(ECLI:NL:RVS:2021:361). Omdat geen vrijstelling wordt opgenomen, is voor grondwateronttrekkingen voor agrarische beregening in de bufferzones rondom de Peelvenen een natuurvergunning vereist.

Eisers (voornamelijk agrariërs) willen dit voorkomen en hebben daarom beroep ingesteld. In de uitspraak wordt een aantal beroepen niet ontvankelijk verklaard omdat deze eisers al bestaande rechten hebben voor rondwateronttrekkingen. Zij mogen dus verder gaan met de in het verleden gestarte en geregistreerde dan wel vergunde dan wel een niet registratie plichtige grondwateronttrekkingen voor agrarische beregening in de bufferzones rondom de Peelvenen. [Dit zijn er slechts 9. De beregening moet bewijsbaar gestart zijn vóór 10 juni 1994] De rechtbank geeft met een voorbehoud aan hoe de bestaande rechten worden bepaald. De colleges van gedeputeerde staten van Noord-Brabant en Limburg hebben een passende beoordeling laten maken. Hierin wordt geconcludeerd dat significante effecten voor het (herstellend) hoogveen in de Peelvenen niet zijn uit te sluiten.

De rechtbank is van oordeel dat beide colleges deze passende beoordeling hebben mogen gebruiken en daarom geen algehele, gedeeltelijke of tijdelijke vrijstelling hoefden op te nemen in het beheerplan. Eisers benadrukken nog dat de geringe oppervlakte (herstellend) hoogveen niet opweegt tegen hun economische belangen. [De rechtbank stelt echter:] Beide gebieden krijgen de volle 100% bescherming van de nationale regelgeving en de Europese Habitatrichtlijn. De hoeveelheid beschermde natuur (de oppervlakte van het (herstellend) hoogveen) is hierbij niet van belang. Al zou sprake zijn van een snipper natuur, deze snipper is wel beschermd. Het verlenen van een vrijstelling kan niet ten koste gaan van de aangewezen beschermde habitattypen. De rechtbank verklaart de overige beroepen dus ongegrond. Dat betekent dat het bestreden besluit in stand blijft en dat er geen vrijstelling komt voor grondwateronttrekkingen voor agrarische beregening in de bufferzones rondom beide Natura 2000 gebieden. Overigens kunnen agrariërs een individuele Natura 2000 vergunning aanvragen. Hierbij zal moeten worden onderzocht of vanwege de aangevraagde grondwateronttrekking significante gevolgen optreden op de Peelvenen en kunnen beschermingsmaatregelen worden betrokken.

Voor de complete uitspraak zie: deze link.